Lange tijd lag
bij het onderzoek naar muntgewichten de nadruk op het 'moderne'
materiaal van ca. 1500 tot het begin van de 19e eeuw. Dit valt te
verklaren uit het feit dat de laatmiddeleeuwse muntgewichten
vrijwel zonder uitzondering als bodemvondst tot ons zijn gekomen.
De bijpassende gouden (en zilveren) munten zijn bovendien schaars
want dikwijls in later tijd omgesmolten tot nieuwe munten,
waarvoor weer nieuwe muntgewichten nodig waren.
Door het gebruik van de metaaldetector sinds de jaren '70 van de
20e eeuw worden ook vele kleine voorwerpjes gevonden die als
muntgewichten kunnen worden aangemerkt. De toeschrijving van die
muntgewichten aan bijpassende munten was echter niet gemakkelijk.
François Lavagne maakte een voorzichtig begin in het tijdschrift
Archéonumis (specifiek nr. 12 (december 1974), nr. 13 (maart 1975)
en nr. 18 (juni 1976)), zich daarbij baserend op voornamelijk
Frans materiaal.
Gerard Houben maakte duidelijk gebruik van het werk van Lavagne,
met name in zijn publicaties 'Veertiende eeuwse
muntgewichtdoosjes' (uit 1983) en 'De oudste muntgewichten uit de
Nederlanden 1300-1600' (uit 1998). Verder stipte Houben dit gebied
voorzichtig aan in zijn standaardwerk 'Muntgewichten voor munten
van de Nederlanden' (uit 1981).
Maar het feit dat er toen zo weinig laatmiddeleeuwse muntgewichten
beschikbaar waren hinderde nader onderzoek.
We zijn nu enkele tientallen jaren verder. In de aanhoudende
stroom aan vondstmeldingen van laatmiddeleeuwse muntgewichten
beginnen zich lijnen af te tekenen. Bruno Janson heeft dit
onderzoeksgebied opgepakt en is allereerst op zoek gegaan naar -
met name - gouden munten die internationaal circuleerden en breed
geaccepteerd werden; de gegevens daarvan zijn op 'muntkaarten'
bijeengebracht. Voor dergelijke munten zijn - naar verwachting -
muntgewichten aangemaakt.
Omdat een laatmiddeleeuws muntgewicht - in tegenstelling tot de
bijpassende munt - maar een klein en dik voorwerpje is, is er niet
veel ruimte voor een muntaanduiding. Op munten was op twee zijden
veel ruimte om de boodschap over te brengen; op muntgewichten werd
volstaan met een kenmerkend detail van de munt, dat slechts op één
zijde van het muntgewicht werd aangebracht. Dit bemoeilijkte in
eerste instantie de determinatie van de laatmiddeleeuwse
muntgewichten. Maar door te denken als een middeleeuwer, door
rekening te houden met de regels van de heraldiek én door een
praktische inslag zijn die kenmerkende details inmiddels
terugvertaald naar de bijpassende munten.
De geldsanering aan het eind van de 15e eeuw, waarvan het
munttarief van 1499 het sluitstuk vormde, markeert de overgang van
de late middeleeuwen naar de moderne tijd. Sommige van de
laatmiddeleeuwse muntsoorten bleven ook na 1499 in gebruik en zijn
daardoor vertegenwoordigd door muntgewichten die soms tot het
begin van de 17e eeuw nog werden geproduceerd. Anders gezegd: heel
wat muntsoorten bleven meer dan een eeuw in omloop. Muntgewichten
voor dit 'moderne' materiaal zijn al langer op deze website te
vinden.
Voor de vele munten en bijpassende muntgewichten die '1499' soms
niet hebben overleefd, is er nu deze pagina.
De opzet is als volgt:
* een lijst van ca. 30 kenmerken, waarbij tekeningen van
kenmerkende muntgewichten worden getoond;
* per kenmerk kan worden doorgeklikt naar de bijpassende
muntgewichten, waarvan gewoonlijk het beste exemplaar wordt
getoond;
* per muntgewicht kunnen meer gegevens van de bijpassende
munt(en) worden opgevraagd.
Deze website richt zich niet op het determineren van de munten!
Wat betreft periode en gebruik is er een uitzondering gemaakt voor
de gewichtjes met ingeslagen puntcirkel(s) en sommige exemplaren
met lelie(s). Deze zijn bestemd voor het wegen van ongemunt
edelmetaal en voor het bepalen van de intrinsieke waarde van
verboden of te lichte munten. Ze zijn als toevoeging opgenomen
omdat informatie daarover zeer schaars is.
Wat betreft de muntgewichten in particuliere collecties is
afgezien van een collectievermelding. Enerzijds omdat van elk type
maar één exemplaar wordt getoond; hierdoor zouden andere eigenaren
met een soortgelijk exemplaar tekort worden gedaan. Anderzijds
vanwege het feit dat muntgewichten regelmatig worden geruild of
verkocht.
De herkomst van de muntgewichten kan slechts worden vermoed.
Handelaars namen de muntgewichten mee op hun reizen, waardoor
verloren exemplaren over een groot gebied zijn terug te vinden:
van het Oostzeegebied tot in Engeland. Maar de produktie van
muntgewichtdozen (incl. balansje en muntgewichten) was regionaal
georganiseerd. Gehoopt wordt dat een opeenhoping van vondsten van
een bepaald type de (mogelijke) herkomst ervan blootlegt.
Veel dank is verschuldigd aan Leida Goldschmitz-Wielinga, die een
groot aantal tekeningen van de muntgewichten maakte.
Vondstmeldingen, vragen, aanvullingen en
correcties zijn welkom per e-mail bij de samensteller: Bruno
Janson.
Für längerer Zeit
lag der Schwerpunkt bei der Forschung von Münzgewichten auf
das 'neuzeitliche' Material seit ungefähr 1500 bis am Anfang
des. 19. Jh. Dies lässt sich damit erklären, dass die
Münzgewichte des Spätmittelalters fast ausnahmelos als
Bodenfund zu uns gelangten. Auch die dazugehörigen Gold- und
Silbermünzen sind deshalb selten, denn sie wurden später oft
zur Herstellung neuen Münzen eingeschmolzen, was wiederum neue
Münzgewichte erforderte.
Die Anwendung von Metalldetektoren seit den 70'er Jahren des
20. Jh. hat zur Entdeckung vieler kleinen Gegenständen
geführt, die als Münzgewichte klassifiziert werden können. Es
war jedoch nicht einfach diese Münzgewichte den passenden
Münzen zuzuordnen.
François Lavagne hat in der Zeitschrift Archéonumis vorsichtig
einen Anfang gemacht (speziell Nr. 12 (Dezember 1974), Nr. 13
(März 1975) und Nr. 18 (Juni 1976), und stützte sich dabei
hauptsächlich auf französisches Material.
Gerard Houben hat sich die Arbeit von Lavagne deutlich zunutze
gemacht insbesondere in seinen Veröffentlichungen 'Veertiende
eeuwse muntgewichtdoosjes' (Münzwaagen aus den 14. Jh.) (aus
1983) und 'De oudste muntgewichten uit de Nederlanden
1300-1600' (Die ältesten Münzgewichten aus den Niederlanden
1300-1600) (aus 1998). Weiter hat Houben vorsichtig über
dieses Fachgebiet einen Anfang gemacht in seinem Standardwerk
'Muntgewichten voor munten van de Nederlanden' (Münzgewichte
für Münzen der Niederlande) (aus 1981).
Die Tatsache dass damals so wenig spätmittelalterliche
Münzgewichte verfügbar standen erschwerte weitere Forschungen.
Mittlerweile sind wir mehrere Jahrzehnte weiter. In der
anhaltenden Flut von Fundberichte über spätmittelalterlichen
Münzgewichte zeichnen sich erste Linien ab. Bruno Janson griff
dieses Forschungsgebiet an und suchte zunächst - insbesondere
- nach Goldmünzen die international kursierten und eine hohe
Akzeptanz fanden. Ihre Daten wurden auf sogenannten
'Münzkarten' gesammelt. Für solche Münzen wurden aller
Voraussicht nach Münzgewichte hergestellt.
Da es sich bei einem spätmittelalterlichen Münzgewicht - im
Gegensatz zu der dazugehörigen Münze - nur um einen kleinen
und dicken Gegenstand handelt, bietet es damit nicht viel
Platz für eine Münzbezeichnung.
Münzen bieten auf beide Seiten viel Platz für ihre Botschaft.
Auf Münzgewichte wird das beschränkt auf ein
charakteristisches Detail der Münze, und nur auf eine Seite
des Münzgewichtes.
Dies erschwerte zunächst die Bestimmung spätmittelalterlichen
Münzgewichten. Doch durch Denken wie ein mittelalterlicher
Mensch, Berücksichtigung heraldischer Regeln und mit
Praxisorientierung konnten diesen charakteristischen Details
an Münzen gekoppelt werden.
Die Geldsanierung am Ende des 15. Jh., wovon den Münztarif von
1499 den Schlussstein bildete, markiert den Übergang vom
Spätmittelalter zur Neuzeit. Manche spätmittelalterlichen
Münzsorten blieben auch nach 1499 in Verwendung und sind daher
vertreten von Münzgewichten die teilweise noch bis Anfang 17.
Jh. hergestellt wurden. Anders gesagt: viele Münzen kursierten
mehr als ein Jahrhundert, und die dazu gehörigen 'modernen'
Münzgewichten kann man schon längerer Zeit auf dieser Site
finden.
Für manche Münze und die dazu gehörigen Münzgewichte die
'1499' nicht überdauert haben gibt es nun diese Site.
Der Aufbau ist folgendermaßen:
* eine Liste von ungefähr 30 Merkmale, wobei Zeichnungen
von typischen Münzgewichten werden gezeigt;
* pro Merkmal kann durchgeklickt werden nach den
entsprechenden Münzgewichten, wovon gewöhnlich das beste
Exemplar gezeigt wird;
* nähere Informationen zu der/den entsprechenden
Münze(n) können pro Münzgewicht angefordert werden.
Der Zweck dieser Site besteht nicht zur Identifizierung der
Münzen!
Hinsichtlich Epoche und Verwendung wird eine Ausnahme gemacht
für Gewichte versehen von Punktkreise und einige mit Lilie(n).
Diese Gewichte dienten zum abwägen von ungeprägten
Edelmetallen und zur Ermittlung der Metallwert von verbotenen
oder untergewichtigen Münzen. Sie sind hier ergänzt, da
Informationen über diesen Gewichten sehr spärlich sind.
Bezüglich Münzgewichten in Privatsammlungen wird kein
Eigentümer erwähnt. Einerseits wird von jedem Typ nur 1
Exemplar abgebildet; andere Besitzer ähnlichen Exemplaren
würden damit benachteiligt. Anderseits werden Münzgewichte
regelmäßig getauscht oder verkauft.
Über den Ursprung der Münzgewichten kann nur spekuliert
werden. Händler nahmen die Münzgewichte auf ihren Reisen mit,
sodass die Münzgewichte in einem breiten Gebiet verstreut
wurden, vom Ostseeraum bis in England. Die Herstellung von
Münzwaagen (Waage + Münzgewichte) war allerdings regional
organisiert. Eine Häufung von Bodenfunde eines bestimmten Typs
liefert hoffentlich Aufschluss ihrer Herkunft.
Dank gilt Leida Goldschmitz-Wielinga, die zahlreiche
Zeichnungen von Münzgewichte angefertigt hat.
Fundanmeldungen, Fragen, Ergänzungen und
Korrekturen werden gerne entgegengenommen vom Verfasser: Bruno
Janson.
For a long time
the emphasis in coin-weight research was on the 'modern'
material from around 1500 up to the beginning of the 19th
century. This can be explained by the fact that
late-medieval coin-weights come to us - almost without
exception - as soil finds. The matching gold (and silver)
coins are moreover scarce as they got melted down and
reminted in later times, for which new coin-weights were
produced.
The rise of the metal detector in the 1970s yielded lots of
tiny objects which could be regarded as coin-weights. The
attribution to matching coins however was not easy.
François Lavagne made a cautious start in the magazine
Archéonumis (specifically Nr. 12 (December 1974), Nr. 13
(March 1975), and Nr. 18 (June 1976)) and mainly based
himself on French finds.
Gerard Houben clearly used Lavagne's work, particularly in
his publications 'Veertiende eeuwse muntgewichtdoosjes'
(Fourteenth-century coin-scales) (published 1983) and 'De
oudste muntgewichten uit de Nederlanden 1300-1600' (The
oldest coin-weights from The Netherlands, 1300-1600)
(published 1998). Furthermore Houben touched the subject in
his standard work 'Muntgewichten voor munten van de
Nederlanden' (Coin-weights for coins from The Netherlands)
(published 1981).
We're now a few decades further. In the continuing stream of
find reports regarding late-medieval coin-weights lines
become clearly visible. Bruno Janson picked up this research
area and made a start looking for internationally
circulating and broadly accepted gold coins; he summarized
the data in 'coin cards'. It is expected that coin-weights
have been made for these coins.
A late-medieval coin-weight is a tiny and thick object, and
doesn't have a lot of room for the coin designation,
contrary to the corresponding coin. On a coin both faces
have a lot of room to tell the message; on coin-weights just
one characteristic detail of the coin is reproduced, and on
only one side. At first this complicated the identification
of late-medieval coin-weights. But by thinking like a
medieval person, and taking into account the heraldic rules,
and also a practical approach, these characteristics could
be translated back into the corresponding coins.
The monetary reform at the end of the 15th century, of which
the coin rate ('Munttarief') of 1499 formed the final piece,
marks the transition from the late Middle Ages into modern
times. Certain late-medieval coin types remained in use
after 1499 and are represented by coin-weights produced even
up to the beginning of the 17th century. In other words:
quite a few coin types circulated for over a century and the
corresponding coin-weights are since long included on this
web site.
For all those coins and coin-weights which often didn't
survice '1499' this web page has been created.
The scheme is as follows:
* a list of c. 30 distinguishing characteristics,
represented by typical coin-weights;
* per characteristic you can click through to the
corresponding coin-weights, of which normally the best
examples are shown;
* per coin-weight the matching coins can be retrieved.
This web site is not meant for coin identification!
Regarding the period of use an exception has been made for
weights stamped with annulets, and some stamped with 1 or
more lilies. These weights were intended for weighing
unminted precious metals and determining the intrinsic value
of prohibited and light coins. They have been included on
this web site as data on these weights is really scarce.
Concerning coin-weights in private collections their
ownership is omitted. On the one hand, due to fact
that only one example of a certain type of coin-weight is
shown, this would do injustice to owners of similar
coin-weights. On the other hand coin-weights are regularly
traded.
The origin of certain coin-weights can merely be surmised.
Traders carried them on their travels, and as a result the
lost ones have been recovered from a wide area, going from
the Baltics to England. But the production of coin-scales
and coin-weights was regionally organized. It is hoped for
that an accumulation of finds of a certain type will reveal
the likely origin.
Many thanks to Leida Goldschmitz-Wielinga, who supplied a
large number of coin-weight drawings.
Find reports, questions, supplements,
and corrections are welcomed by the compiler per e-mail: Bruno Janson.
Pendant
longtemps, la recherche sur les poids monétaires se
concentrait sur le matériel 'moderne' d'environ 1500
jusqu'au début du 19ème siècle. Cela s'explique par le fait
que les poids monétaires du bas Moyen-âge sont arrivés,
pratiquement sans exception, jusqu'à nous lors de
découvertes archéologiques. Les pièces d'or (et d’argent)
correspondantes sont de surcroît rares car elles ont souvent
été refondues en nouvelles pièces dans une époque
ultérieure. Ce qui nécessitait de nouveaux poids de
monétaires.
Grâce à l’utilisation du détecteur de métaux depuis les années
70 du 20ème siècle on trouve également beaucoup de petits
objets pouvant être classés comme des poids monétaires. Toutefois, il
n'a pas été facile d'attribuer ces poids monétaires aux
pièces correspondantes.
François Lavagne a fait un début modeste dans le magazine
Archéonumis, spécifiquement n°12 (décembre 1974), n° 13 (mars
1975) et n° 18 (juin 1976), en s'appuyant sur du matériel
Français principalement.
Gerard Houben a clairement utilisé l'œuvre de Lavagne,
notamment dans ses publications
'Veertiende eeuwsemuntgewichtdoosjes' ('petites
boîtes de pesage monétaires du quatorzième siècle') (de 1983) et 'De oudste muntgewichten uitde
Nederlanden 1300-1600' ('Les plus anciens poids
monétaires en provenance des Pays-Bas 1300-1600') (de 1998). Houben a également
soulevé ce domaine avec prudence dans son travail standard'Muntgewichten voor munten van de
Nederlanden' ('Poids monétaires pour pièces de monnaie en
provenance des Pays-Bas') (de 1981). Mais
le fait que si peu de poids monétaires du bas Moyen Âge
étaient disponibles à l’époque a été une entrave à des
investigations plus approfondies.
Nous sommes
maintenant quelques décennies plus loin. Dans le flux
persistant de déclarations de découvertes de poids
monétaires du bas Moyen Âge la structure commence à
se dessiner. Bruno Janson a repris ce
domaine de recherche et a commencé par rechercher - en
particulier - des pièces en
or qui ont circulé à l'échelle internationale et ont été
largement acceptées; dont les données ont été réunies
sur des 'coincards'. Pour de telles pièces des poids
monétaires ont été - comme attendu - créés.
Parce qu'un poids monétaire du bas Moyen Âge - contrairement
à la pièce de monnaiecorrespondante - est seulement
un petit objet épais, il n'y a pas beaucoup d'espace
pour l'identification de la pièce. Les pièces de
monnaie avaient beaucoup d'espace sur les deux faces pour
faire passer le message; sur les poids monétaires un
détail caractéristique de la pièce de monnaie était suffisant,
qui n'était
appliqué que sur un seul côté du poids monétaire. Dans un premier
temps cela rendait la détermination des poids monétaires du
bas Moyen Âge difficile. Mais en pensant
comme l'homme médiéval, en prenant en compte les règles de
l'héraldique et avec une perspective pragmatique les
détails déterminants ont depuis lors été reconvertis vers les
pièces correspondantes.
La
restructuration monétaire à la fin du XVe siècle, dont le tarif
des pièces de 1499 était la pierre angulaire, marque la
transition du Moyen-Âge tardif à l'époque moderne. Certaines
monnaies du bas Moyen-âge sont restées en usage après 1499
et sont ainsi représentées par des poids monétaires qui
parfois ont
été produits jusqu’au début du 17ème siècle. En d'autres
termes: bon nombre de ces monnaies sont restées en
circulation pendant plus d'un siècle. On pouvait
depuis un certain temps déjà trouver des poids monétaires pour
ce matériaux 'moderne' sur ce
site.
Pour le grand nombre de pièces de monnaie et poids monétaires
correspondants qui n'ont pas survécu à '1499', il y a
maintenant cette page.
L'organisation se présente comme suit:
* une liste de env. 30 caractéristiques, avec laquelle
des dessins des poids monétaires typiques sont présentés;
* Par caractéristique en cliquant sur le poids monétaire
correspondant, dont le
meilleur exemplaire est habituellement présenté;
*
Pour chaque poids monétaire plus de de détails sur la(les)
pièce(s) correspondante(s) peuvent être demandés.
Ce site web ne cible pas la détermination des pièces de
monnaie!
Concernant l’époque et
l’utilisation, une exception a été faite pour les poids
frappés avec un/des circle(s) pointé(s) et quelques
exemplaires avec des lys. Ceux-ci sont destinés à la pesée de
métaux précieux non monnayés, ou
pour la détermination de la valeur intrinsèque des pièces non
autorisées ou trop légères. Elles sont incluses comme un ajout
parce que les informations à ce sujet sont très rares.
En ce qui concerne les poids monétaires des collections
privées, on s'est abstenu de faire une déclaration de
collection. D'une part parce que de chaque type on
représente qu'un seul exemplaire;cela nuirait
aux autres propriétaires ayant un exemplaire semblable.
D'autre
part, parce que les poids monétaires sont régulièrement
échangés ou vendus .
L'origine
des poids monétaires ne peut être que présumée. Les
commerçants emportaient les poids monétaires lors de leurs
voyages, par conséquent on peut retrouver des exemplaires
perdus dans une vaste zone: de la région de la mer Baltique à
l'Angleterre. Mais la production de boîtes de
changeur (petite balance et poids monétaires incl.) était
organisée au niveau régional. On espère qu'une accumulation de
trouvailles d'un certain type révèle son (possible)
origine.
Un grand merci à Leida Goldschmitz-Wielinga, qui a fait un
grand nombre de dessins des poids monétaires.
Des déclarations de découvertes,
des ajouts, et des corrections seront les bienvenus,
veuillez les envoyer par mail au compilateur: Bruno Janson.
